Regulier onderhoud
Zonder velden geen teamsport. Elke week staan er in onze regio meer dan 5.000 sporters op een sportveld. Voor een potje voetbal, hockey, cricket of korfbal. Goed onderhoud van deze velden is dus van essentieel belang. En laat dat nou net onze tak van sport zijn!
Onderhoud = maatwerk
De perfecte grasmat? Die bestaat niet. Maar met goed onderhoud kunnen wij wel zorgen voor een gezonde mat. En dit onderhoud is afhankelijk van een hoop factoren: de bodem, het gebruik, de aanleg en natuurlijk de weersomstandigheden.
Eén-tweetje
Goed onderhoud van een sportveld is een teamsport. Want de beste grasmat is een resultaat van genoeg bespelen, goed bijhouden en onderhoud. Benieuwd wat wij doen? En benieuwd wat jij kunt doen? Wij vertellen het je graag! Zo zetten we ons samen in voor de beste mat.
Groot onderhoud
De zomerstop. Een mooi moment om groot onderhoud te plegen aan een natuurgrasveld, zou je zeggen. Het antwoord is ja en nee. Ja, omdat we grondig onderhoud kunnen doen – het veld wordt immers niet gebruikt. Nee, omdat de zomers steeds droger en heter worden. Dit maken de omstandigheden waarin we het groot onderhoud moeten doen lastiger.
In dertien weken tijd doen we ons uiterste best om de graszode te herstellen en weer klaar te stomen voor het komend seizoen. Het lijkt een lange periode, maar de tijd hebben we hard nodig. We werken vaak met een strakke planning waarin de verschillende werkzaamheden goed op elkaar afgestemd moeten zijn. Want de sporter staat na dertien weken weer te trappelen om het veld te betreden. Het kwetsbare gras daarentegen heeft zo veel mogelijk tijd nodig om te herstellen en groeien.
Niets gevonden.
Onderhoud wieler- en skeelerbaan
Het Groenbedrijf veegt en borstelt de baan. Ongeveer 5x per jaar ruimen we ook het zwerfafval en veegvuil op. Bij veel blad- en takverlies vegen we op aanvraag ook voor aanvang van grote wedstrijden.
Onderhoud atletiekvelden
Voor de atletiekvelden plannen en coördineren wij het groot onderhoud door de aannemer. En vullen we het zand aan in de verspringbakken. De club houdt de velden en goten bladvrij. En is verantwoordelijk voor het verzorgen, onderhouden en klaarzetten van al het wedstrijdmateriaal.
Onderhoud van cricketvelden
De cricketvelden vallen onder het reguliere en groot onderhoud van de natuurgrasvelden. De club is daarnaast zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van de cricketpitches. Dat is het centrale gedeelte van het cricketveld, dat speciaal onderhoud nodig heeft.
Onderhoud drainage
Regen, regen en nog eens regen. We zijn wel wat gewend in Nederland. Toch hebben we de laatste jaren steeds meer wateroverlast. Niet per se omdat er meer regen valt, maar vooral omdat het in een korter tijdsbestek valt. Voor een sportveld is dat slecht nieuws. In de maanden oktober tot en met maart is er dan ook vaak sprake van een wateroverschot. Hoe voeren we dat water het beste af?
Waterafvoer
Om natte voeten op een veld te voorkomen, ligt er onder de meeste velden een drainagesysteem. Zodra de grondwaterstand stijgt, wordt het overtollige regenwater door de buizen van het systeem afgevoerd. De stelregel is: het grondwater mag nooit hoger komen dan vijftig centimeter beneden het veld.
Doorspuiten
Van groot belang dus, om een werkend drainagesysteem te hebben. Er kan bijvoorbeeld verontreiniging of slib ontstaan. Daarom controleren wij elk najaar of het systeem goed doorloopt. Loopt het water niet goed weg? Dan is doorspuiten nodig.
Het doorspuiten luistert erg nauw. Is de waterdruk te hoog, dan kan de omhulling van de buizen (gemaakt van kokosvezel) kapotgaan. Ook loop je het risico om het drainagezand omhoog te spuiten. Oftewel: een klus waarbij zorgvuldigheid is geboden.
Revitaliseren
Soms is het instrooimateriaal te veel vervuild om nog alleen schoon te maken. Dan zijn er grotere maatregelen nodig. Bij het revitaliseren wordt het instrooimateriaal volledig uit de mat gehaald. We scheiden dan het rubber van het zand. Afhankelijk van de staat van het zand en de rubber, kunnen we dit helemaal of deels vervangen. Door weer opnieuw kritisch naar de kwaliteit en de verhouding te kijken, kan een veld weer als nieuw worden opgeleverd.
Decompacteren
Het instrooimateriaal wordt door verschillende omstandigheden langzaam steeds meer ‘aangedrukt’. Door bespeling, vervuiling en veel regenval, bijvoorbeeld. Dit is slecht voor de mat: de dempende werking vermindert, water loopt minder goed weg en de balstuit wordt steeds slechter. Dit probleem noemen we compacteren.
We lossen dit op door te decompacteren: we woelen de instrooilaag en borstelen deze intensief schoon. Na het loswrikken en schoonmaken, ligt er weer een als nieuw ingestrooide mat.
Reinigen instrooimateriaal
Ondanks het schoonhouden en borstelen van een kunstgrasmat, kun je nooit honderd procent voorkomen dat het instrooimateriaal tóch vervuild raakt. Zwerfafval, bladeren, kauwgom en sigaretten: allemaal voorbeelden van de soorten vervuiling die voorkomen.
Daarom is het nodig om af en toe het instrooimateriaal grondig te reinigen. We zuigen de infill op met een speciale machine en vervolgens zeven we het schoon. Ook zuigen we hierbij de fijne deeltjes van het instrooimateriaal op, zo blijven alleen de intacte deeltjes over.
Vegen en aanvullen instrooimateriaal
Kunstgras slijt door gebruik. Vooral gedeeltes die veel worden bespeeld, zoals de doelgebieden en penaltystip, raken sneller beschadigd. Het instrooimateriaal wordt op deze plekken namelijk uit de mat gespeeld. Daarom vegen wij het veld om het instrooimateriaal weer te verdelen.
Maar soms is er meer onderhoud nodig: het instrooimateriaal (ook wel infill genoemd) moet dan worden bijgevuld. De laagdikte van het instrooimateriaal moet namelijk aan bepaalde eisen voldoen voor een goed bespeelbare mat. Het bijvullen doen we met een strooiwagen: deze zorgt ervoor dat de infill egaal over de mat wordt verdeeld.
Verwijderen bladafval
Een van de belangrijkste onderhoudsmaatregelen van een kunstgrasveld is schoonhouden. Met name bladafval is erg slecht voor kunstgras. De waterdoorlaatbaarheid wordt slechter, waardoor er alg en mos kan ontstaan. Daarom verwijderen wij bladeren en takken regelmatig van het veld.
Hoewel wij wekelijks langskomen om het veld bladvrij te maken, kan het (met name in het najaar) voorkomen dat er voor een wedstrijd of training toch weer blad ligt. Daarom vegen we het blad samen: het Groenbedrijf doet het één keer in de week grondig, de verenigingen doen het vlak voor de training of wedstrijd. Vele handen maken ten slotte licht werk!
Slepen en egaliseren
Elke keer als een kunstgrasveld wordt bespeeld, wordt ‘ie steeds iets minder vlak. Er ontstaan hobbels en oneffenheden. Ook wordt het instrooimateriaal ingedrukt en dit vermindert de waterdoorlaatbaarheid. Dit noemen we compacteren.
Om deze problemen tegen te gaan, slepen we het veld wekelijks. Dit kun je eigenlijk zien als een soort ‘borstelen’. Het slepen heeft meerdere voordelen. Zo komt het instrooimateriaal losser op de mat te liggen. Het veld wordt daarnaast weer vlak en egaal. Maar ook gaat het de groei van mos, algen en onkruid tegen. Een belangrijke onderhoudsmaatregel dus.
Belijnen
Nog in te vullen.
Onderhoud voorzieningen en terrein
Nog aan te vullen.
- Terreinafrastering onderhouden en repareren
- Veldafrastering onderhouden en repareren
- Poorten herstellen
- Ballenvangers onderhouden en repareren
- Rijwielstalling onderhouden en erepareren
- Doelen onderhouden en repareren
- Schoffelen beplanting
Mollen bestrijden
Mollen kunnen gigantische gangenstelsels graven en hiermee voor flink wat overlast zorgen. Om dit te voorkomen kun je mollen het beste vangen door mollenklemmen te plaatsen. Belangrijk is dat dit goed gebeurt, om de mollen niet onnodig te laten lijden. Maar ook moet de klem op de juiste plek komen te staan: anders graven ze er met het grootste gemak omheen.
Plaats deze klemmen altijd buiten het veld! Anders lopen onze machine schade op door de mollenklemmen. Hulp nodig? Wij adviseren je graag!
Heb je toch molshopen op het veld? Verwijder de hoop, en maak het gat weer dicht. Vind je een mollengang? Deze kun je het beste helemaal openen, vervolgens uitvullen en daarna de zode terugleggen.
Bijmaaien
Nog in te vullen
Schoonhouden veld en terrein
Het allerbelangrijkst is het veld en het terrein schoonhouden. Zwerfvuil, sigaretten, bladeren en kauwgom zijn funest voor een sportveld. Daarnaast vragen wij jullie om alle voorzieningen rondom het veld/baan te onderhouden:
Schoonhouden veld/baan en terrein
Schoonhouden walk-off mat
Afvalbakken legen en onderhouden
Onderhoud en repareren hekwerk en ballenvangers
Onkruidbestrijding randen veld/baan
Veld/baan vrijhouden van obstakels
Heb je materiaal nodig om het onderhoud uit te voeren? Wij helpen graag! Zo zetten we ons samen in voor de beste mat.
Herstel van speelschade
Na een wedstrijd kan het veld flink wat schade oplopen. Zo kan een sliding ervoor zorgen dat de zode als het ware dubbelvouwt. Dit repareer je door met een tweetand de zode op te tillen en terug te leggen. Druk de zode vervolgens voorzichtig aan.
Ook kan een zode helemaal worden los geschopt. Het is belangrijk om de zode snel weer terug te leggen en voorzichtig met de voet aan te drukken. Is de grasmat helemaal kapot en zie je geen gras meer? Vul deze stukken met teelaarde en loop dit vervolgens plat. Aarde nodig? Wij leveren het met alle liefde.
Topbeluchten
Net als voeding, is ook zuurstof essentieel voor gras. Daarom is het belangrijk om regelmatig de velden te beluchten. Met name oudere velden en trainingsvelden kunnen last hebben van verdichting. De bodem onder de graszode slaat als het ware dicht. Het gras kan niet meer ademen en groeit slecht. Dit komt bijvoorbeeld door intensieve bespeling, overmatige neerslag of maaien. Maar ook door hete zomers: het bodemleven trekt zich terug en de toplaag slaat dicht.
Topbeluchten (tot 10 cm in de grond) doen we met een prikroller of snijroller. Dit is een machine met een rol, met daarop prikkers of messen. Die maken gaten of sneden in de bodem om het gras ruimte te geven om te ademen. Bijkomend voordeel: het krijgt een extra groeistimulans, omdat de wortels worden doorgesneden.
Met de rollers rijden we in meerdere richtingen over het veld. In de lengte, breedte en/of diagonaal. Het heeft namelijk alleen maar effect als het vaak én intensief gebeurt.
Doorzaaien
Kale en open plekken willen we zo snel mogelijk weer doorzaaien. Doe je dit niet, dan krijg je op die plekken onkruid of ongewenste grassen, zoals straatgras. Doorzaaien is dus van groot belang: hiermee houd je de grasmat sterk en van hoge kwaliteit.
Ons doel is om voor het nieuwe seizoen een gesloten grasmat op te leveren. Daarom zaaien we zo snel mogelijk na afloop van de bespelingsperiode. Het jonge gras heeft tijd nodig om te groeien. Bij voorkeur is dat twaalf weken. In de praktijk lukt dat helaas bijna nooit: tien weken is vaak het meest haalbare.
Maaien en vegen
Niet te laat
Wanneer we maaien, hangt af van hoe snel het gras groeit. Klinkt logisch toch? Betekent in de praktijk dat we best veel in de gaten moeten houden. Zo mogen we per maaibeurt niet meer dan een derde van het gras afmaaien. En hoeveel dit is, verschilt weer per veld. Het gras van een voetbalveld moet ongeveer 35 mm zijn, een rugbyveld 7 mm en een cricketveld 1,5 mm.
Niet te nat
Het weer heeft ook veel invloed op gras. En daarmee op het maaien. Want het liefste maaien we niet als het gras nat is. De kans op grasophoping is dan groot met verstikking en schimmelgroei tot gevolg. Is het een lange periode nat? Dan is de kans groot dat we later maaien.
Niet te snel
Maaien moet je vooral niet gehaast doen. De maaier rijdt zo’n 4 à 5 kilometer per uur. Zo ontstaan er mooie, egale banen. Het laatste wat je wil zijn hoge plukken gras of verschil in hoogte.
Vegen
De meeste grasresten vegen we op. Erg belangrijk, anders gaan de resten rotten en ontstaat er een slijmachtig laagje op het veld. En daar krijg je weer vervilting, schimmel en algengroei van.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Wiedeggen en verticuteren
Wiedeggen
In de graswereld vliegt de ene vakterm na de andere je om de oren. Bijvoorbeeld wiedeggen. Eigenlijk is het simpel uit te leggen: wiedeggen is het harken van de toplaag. Een wiedeg is een machine met verende pennen die de toplaag openkrabt. Wiedeggen is een belangrijke manier om gras gezond te houden. Het heeft meerdere voordelen:
- Onkruid beheersen: ondiep onkruid en ongewenste wortelende grassen komen los.
- Viltlaag loskrabben: dood gras en ander organisch afval komen bovenop het gras te liggen.
- Betere doorluchting: er komt meer zuurstof bij het gras en het droogt sneller.
- Egale grasmat: kleine oneffenheden zoals mierenhoopjes worden verspreid.
Verticuteren
Wordt een veld weinig bespeeld? Dan heb je veel kans op mos, onkruid of ongewenste grassen. Dit zorgt voor verstikking van het gazon. Ook kan er een viltlaag ontstaan (dood materiaal). Om dit te voorkomen, is verticuteren nodig. Hierbij slaan we met roterende messen in het gras om dood materiaal naar boven te halen. Leuk feitje: op velden waar veel bespeeld wordt, is onze hulp niet nodig. Spelers ‘verticuteren’ het veld als het ware met hun noppen.
Schrik niet als het veld na het verticuteren minder groen is. Dat is juist de bedoeling! We snijden mos en onkruid weg. En halen het zand naar boven. Hierdoor ontstaan donkere plekken. Dit geeft gezond gras weer de ruimte om te groeien.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Bemesten
Gras heeft voedingsstof nodig om te groeien. Mest, dus. Welke bemesting een veld precies nodig heeft, hangt van veel dingen af. Hoe vaak wordt het veld gebruikt? Hoe is de samenstelling van de toplaag en de ondergrond? Vooral bij die laatste vraag komt veel kijken. Zuurgraad, stikstof, fosfaat, organische stof, kalium: allemaal van invloed op de samenstelling van de bemesting.
Wij laten dan ook 1 keer in de 3 jaar een grondonderzoek doen door een onafhankelijk laboratorium. Op basis hiervan stellen we een passend bemestingsschema op. Goed om te weten: wij werken alleen met organische mest, dus gebruiken geen chemische stoffen.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Beluchten
Net als voeding, is ook zuurstof essentieel voor gras. Daarom is het belangrijk om regelmatig de velden te beluchten. Met name oudere velden en trainingsvelden kunnen last hebben van verdichting. De bodem onder de graszode slaat als het ware dicht. Het gras kan niet meer ademen en groeit slecht.
Dit komt bijvoorbeeld door intensieve bespeling, overmatige neerslag of maaien. Maar ook door hete zomers: het bodemleven trekt zich terug. Fijne stofdeeltjes laten de toplaag dichtslaan. Daardoor moeten we vaker beregenen. Afhankelijk van de tijd van het jaar en de staat van het veld, kiezen we voor topbeluchten of diepbeluchten.
Topbeluchten
Topbeluchten (tot 10 cm in de grond) doen we met een prikroller of snijroller. Dit is een machine met een rol, met daarop prikkers of messen. Die maken gaten of sneden in de bodem om het gras ruimte te geven om te ademen. Bijkomend voordeel: het krijgt een extra groeistimulans, omdat de wortels worden doorgesneden.
Met de rollers rijden we in meerdere richtingen over het veld. In de lengte, breedte en/of diagonaal. Het heeft namelijk alleen maar effect als het vaak én intensief gebeurt. Wees dus niet bang dat het veld beschadigd raakt, het hoort er juist ‘ruig’ uit te zien.
Ook moeten de omstandigheden precies goed zijn. Is het veld bijvoorbeeld te nat? Dan komen er sporen van het rijden en dat verdicht de grond juist weer. In de praktijk betekent dit dat we vaak topbeluchten tijdens het groeiseizoen.
Diepbeluchten
Diepbeluchten, het woord zegt het al, zorgt voor lucht een stuk dieper in de grond. Afhankelijk van de machine tot wel 50 cm diep. Dit kan nodig zijn op oude velden waarbij de totale toplaag is verdicht. Of op velden met hardnekkige problemen zoals wateroverlast.
Wij gebruiken twee soorten machines:
- Vertidrain: machine met holle of massieve pennen die een wrikkende beweging maken tot 30-45 cm diep.
- Schudfrees: machine met ronddraaiende messen die sleuven maken tot 50 cm diep.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Beregenen
Een grasmat kun je in zekere zin vergelijken met een kamerplant. De grond moet niet te droog zijn, maar ook zeker niet te nat. En dat kan soms best lastig zijn. Vooral nu de zomers steeds droger en heter worden. En in de winters valt er veel regen in korte tijd.
Het grootste probleem is dus vaak dat de grond te nat is. Dan krijg je veel onkruid en ongewenste grassen. Een zwakke grasmat, dus. En daarbij heeft droge grond ook gunstige effecten: het gras gaat namelijk ‘op zoek’ naar grondwater en wortelt daardoor dieper in de grond. Zo stimuleer je de groei van sterke grassoorten. Bovendien verspil je op die manier zo min mogelijk water.
De kunst van beregenen
Dus hoe bepalen we wanneer het tijd wordt voor beregenen? We kijken onder andere naar de kleur van het gras. Belangrijk om te benoemen: bruin, geel of dor gras betekent niet dat het tijd is om te sproeien. Dit is voor gras normaal tijdens droge periodes. Bovendien is droogte ook goed. Het eerste wat namelijk doodgaat, zijn onkruid en ongewenste grassen.
Daarom lopen we met een vochtmeter over het veld en meten op verschillende plekken het vochtpercentage. Pas als het vochtpercentage op tien centimeter diepte laag wordt (rond 11 procent), gaan we beregenen.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Onderhoud drainage
Regen, regen en nog eens regen. We zijn wel wat gewend in Nederland. Toch hebben we de laatste jaren steeds meer wateroverlast. Niet per se omdat er meer regen valt, maar vooral omdat het in een korter tijdsbestek valt. Voor een sportveld is dat slecht nieuws. In de maanden oktober tot en met maart is er dan ook vaak sprake van een wateroverschot. Hoe voeren we dat water het beste af?
Waterafvoer
Om natte voeten op een veld te voorkomen, ligt er onder de meeste velden een drainagesysteem. Zodra de grondwaterstand stijgt, wordt het overtollige regenwater door de buizen van het systeem afgevoerd. De stelregel is: het grondwater mag nooit hoger komen dan vijftig centimeter beneden het maaiveld.
Doorspuiten
Van groot belang dus, om een werkend drainagesysteem te hebben. Er kan bijvoorbeeld verontreiniging of slib ontstaan. Daarom controleren wij elk najaar of het systeem goed doorloopt. Loopt het water niet goed weg? Dan is doorspuiten nodig.
Het doorspuiten luistert erg nauw. Is de waterdruk te hoog, dan kan de omhulling van de buizen (gemaakt van kokosvezel) kapotgaan. Ook loop je het risico om het drainagezand omhoog te spuiten. Oftewel: een klus waarbij zorgvuldigheid is geboden.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Bestrijding onkruid en ongedierte
Onkruid kennen we allemaal: een ongewenste plant op een ongewenste plek. Ook op het sportveld hebben we er last van. Het belemmert namelijk de groei van een gezonde grasmat. Ook maakt het een veld hobbelig en glad. Gevolg: een minder goed bespeelbaar veld én een minder goede balrol.
Daarom is het belangrijk om onkruid te bestrijden. Of beter gezegd: beheersen. Want een veld dat 100 procent onkruidvrij is, bestaat niet. Toch zijn er veel manieren om de groei van onkruiden zo veel mogelijk te beperken. En dat doen we het beste samen.
Dit doen wij:
- Preventief onderhoud
Het beste is om onkruid zo min mogelijk kans geven om te groeien. Het moet zo min mogelijk ruimte krijgen, dus. Dat doen wij door optimaal te bemesten en te beluchten. Hiermee stimuleren we de groei van sterke, gewenste grassen zoals Engels raaigras en Veldbeemdgras. Ook het verschralen van de toplaag helpt hierbij.
- Bestrijding
Het bestrijden van onkruid doen wij alleen chemievrij. Een bewuste keuze: dat is beter voor het milieu, het bodemleven en het grondwater. Maar ook voor de groei van gewenste grassen. Wij gebruiken alternatieve maatregelen, zoals wiedeggen, verticuteren, beluchten en prikrollen.
Dit kun jij doen:
- Herstel van speelschade
Kale plekken zijn aantrekkelijk voor onkruid. Is er een flinke sliding gemaakt? Of is de penaltystip kapotgetrapt? Herstel dit zo snel mogelijk. Leg als het kan de zode terug en stamp dit voorzichtig aan. Vul kuilen en putjes aan met licht humeus zand.
- Zorg voor een onkruidvrije omgeving
Vergeet de randen rondom het grasveld niet. Je hebt niks aan een onkruidvrij veld, als onkruid uit de directe omgeving het veld opwaait. Of als onder de noppen blijft hangen en zo het veld wordt opgelopen.
- Gebruik het hele veld
De kunst is om niet te veel te spelen, niet te weinig. Dit is in de praktijk erg lastig. Wedstrijden worden nu eenmaal op een wedstrijdveld gespeeld, trainingen op een trainingsveld. Bovendien wordt op een veld vaak in een ruit gespeeld. Probeer er toch zo veel mogelijk rekening mee te houden en rouleer waar het kan.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Overlast door dieren
Een grasmat zit vol met bodemleven. Belangrijk voor een gezonde mat, maar tegelijkertijd ook een grote uitdaging. Sommige beesten vreten het gras kapot, zorgen voor gaten en hobbels en besmeren het veld met uitwerpselen. De grootste boosdoeners? Voornamelijk larven zoals engerlingen (en de kraaien die daarop af komen). Maar ook mollen, pieren en ganzen kunnen voor overlast zorgen. Bestrijding is moeilijk, maar wel belangrijk.
Wat doen wij?
- Engerlingen
Zie je grote bruine plekken in het veld? Grote kans dat er engerlingen in je veld zitten. Deze larven vreten de zoden los van de bodem. Maar dat niet alleen: kraaien komen op de larven af en richten vervolgens nog meer schade aan. We bestrijden engerlingen met nematoden (hele kleine aaltjes). Deze spuiten we in het veld. Zij kruipen in de larven, waardoor deze ziek worden en uiteindelijk doodgaan.
- Pieren
De beestjes zelf kunnen we niet bestrijden. Wél kunnen we de schade die pieren aanrichten herstellen. Door het veld te rollen of te slepen, maken we de hobbelige aarde weer vlak.
Wat doen jullie?
- Engerlingen
Engerlingen hebben ruimte nodig om te kunnen bewegen in de aarde. Een dichte mat, door bijvoorbeeld betreding, belemmert de insecten in hun activiteiten. Lekker veel voetballen op het veld is een uitstekende manier om engerlingen te bestrijden.
- Mollen
Mollen kunnen gigantische gangenstelsels graven en hiermee voor flink wat overlast zorgen. Om dit te voorkomen kun je mollen het beste vangen door mollenklemmen te plaatsen. Belangrijk is dat dit goed gebeurt, om de mollen niet onnodig te laten lijden. Maar ook moet de klem op je juiste plek komen te staan: anders graven ze er met het grootste gemak omheen. Hulp nodig? Wij adviseren je graag!
- Ganzen
Niet alleen op de sportvelden zorgen ganzen voor overlast. Het is een plaag door de hele stad. We bestrijden ganzen, maar helaas kunnen we overlast niet altijd voorkomen. Wat kun je zelf doen? Waakzaam zijn. De uitwerpselen van ganzen kunnen, na een wond door een sliding, voor ontstekingen zorgen. Goed spoelen, dus!
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Doorzaaien
Gras leeft, en heeft dus ook een levensduur. Het kan dus zijn dat we bij tijd en wijle plekken moeten doorzaaien. Ook als er onherstelbare schade is ontstaan door onkruid of ongedierte, kan doorzaaien nodig zijn. Hierbij drukken we het zaad in de bestaande grasmat. Dit kan het hele jaar door en na het zaaien kun je direct het veld op.
Contactpersonen
| Het Groenbedrijf | communicatie@hetgroenbedrijf.nl |
Korter maaien
We beginnen graag met een schone mat. Daarom maaien we het gras kort, om vervolgens alle resten op te vegen. Een flinke taak: we moeten in totaal zo’n 43 hectare maaien. Belangrijk bij maaien is dat je niet te snel gaat en vooral in de bochten rustig aan doet. Al met al is het een tijdrovende klus. Daarbij zijn we afhankelijk van het weer, nat gras gaat namelijk hangen en laat zich daardoor moeilijker maaien.
Aanpak doelgebieden
Bij doelgebieden ontstaan vaak grote, zwarte plekken. Je ziet vaak dat er geen gras meer groeit: het wordt simpelweg te intensief bespeeld. Logisch, maar het kan flink wat schade aanrichten. Er ontstaat verdichting van de grond. Soms ontstaan er zelfs kuilen. En dat zorgt weer voor wateroverlast en plasvorming.
Daarom is het vaak nodig om de doelgebieden open te breken. Oftewel: cultiveren. We trekken de plat gespeelde stukken los. Vervolgens ploegen we de grond. Dat gebeurt met een cultivator: een machine met grote, gebogen tanden. Dit moet gebeuren tijdens droge weersomstandigheden.
Bezanden
Tijdens het speelseizoen krijgt de toplaag van het grasveld flink wat te voorduren. Duizenden voeten met noppen die de aarde aanstampen, regenwormen en pieren die zich overal een weg doorheen banen en restjes maaisel dat verteerd. Hierdoor raakt de toplaag ‘verrijkt’. Oftewel: vet. Om de toplaag minder vet te maken (in vaktaal: verschralen), brengen we een laagje zand aan. Bezanden dus.
Bezanden doen we met humusarm en leemarm zand. Daar zit weinig organisch materiaal in – daardoor plakken de korrels minder snel aan elkaar. Zo maken we de grond beter waterdoorlatend en minder kwetsbaar bij bespeling. De zomer is hier het uitgelezen moment voor: het moet namelijk droog zijn.
Slepen
Iedereen die wel eens op een sportveld staat, weet: hobbels, kuiltjes en oneffenheden zijn ontzettend irritant. Daarom is het belangrijk om een veld regelmatig te slepen. Oftewel: weer vlak maken. Vooral na het bezanden is het zaak om het zand weer netjes te verdelen.
Dat doen we dus door te slepen. Met een sleepraam maken we het veld weer egaal. Maar ook als er veel wormen actief zijn in het veld, kan slepen een uitkomst bieden. Zo egaliseren we de wormenhoopjes. Ook voor slepen geldt: droge en weers- en terreinomstandigheden zijn het beste.